Vebo Stalen Eco geveldragers click brick

  1. De keuze voor een verankeringssysteem dient altijd in overleg met de afdeling werkvoorbereiding te worden vastgesteld.
  2. De verankering dient altijd met een momentsleutel te worden aangedraaid. Hierbij gelden de volgende criteria :

Ankerrail

M10 → 15 Nm

M12 → 25 Nm

M16 → 60 Nm

Chemische ankers

M12 → 40 Nm

M16 → 80 Nm

Spreidankers

M12 → 25 Nm

M16 → 50 Nm

Als roestvast stalen verankeringsmiddelen toegepast worden, dan alleen roestvast staal gereedschap gebruiken.

  1. A De console strak tegen het beton monteren. De randafwerking van de vloer of wand moet recht en haaks zijn uitgevoerd. Er mag in de diepte max. 10 mm uitgevuld worden. Moet er meer uitgevuld worden dan contact opnemen met de afdeling werkvoorbereiding voor eventuele herberekening en het bekijken van alternatieven. Uitvullen uitsluitend met de speciale kunststof vulplaten en uitvullen tot onderzijde drukvlak.
    B Bij consoles met een afdrukplaa tje i.p.v. 3d-stelbout mag de console zo ver naar beneden gesteld worden dat het plaatje met min. 40 mm afdrukt tegen het beton. Een drukplaatje van 50×20 mm mag dus 10mm onder de betonrand doorsteken. Bij consoles met een 3d-stelbout mag de console zo ver naar beneden gesteld worden dat de onderzijde bout zich op 10 mm boven onderzijde beton bevindt. Consoles met 3d-stelbout mogen met de stelbout max. 15 mm worden uitgesteld ten opzichte van de neutraalstand (De neutraalstand is wanneer de achterzijde van het stelplaatje en de kop van de stelbout in 1 lijn liggen). 
  2. Consoles altijd voorzien van een hoogtestelplaat en sluitplaat. De stelplaat zo stellen dat deze de console draagt. De console moet volledig op de stelplaat rusten en de stelplaat moet volledig op de draadstang rusten. Een console met M12/M16 bout kan resp. 20 en 18 mm naar boven en naar beneden gesteld worden. 
  3. Bij een horizontale geveldilatatie minimaal een voeg van 10mm vrij houden (zie afb. B). Daar waar een geveldrager boven een kozijn zit, dient overal een vrije ruimte van minimaal 3 mm aanwezig te zijn. Bij doorgaand metselwerk dient de expansieruimte voor het onderliggende metselwerk in overleg met de steenleverancier en de hoofdconstructeur vastgesteld te worden. De lintvoeg aan de voorzijde dient voldoende flexibel te zijn voor de optredende vervormingen. 
  4. Bij geveldragers, waarvan de h.o.h.-afstand van de consoles groter is dan 750 mm het hoeklijn onderstempelen tussen de consoles. Bij geveldragers, waarvan de uitkraging meer bedraagt dan 300 mm, het hoeklijn op 50 mm van het eindpunt onderstempelen. De onderstempeling verwijderen als het buitenspouwblad over een hoogte van de h.o.h.-afstand of twee keer de lengte van de uitkraging of 10 lagen metselwerk is verhard. 
  5. Dilataties, door Vebo aangegeven, moeten beslist uitgevoerd worden. Het toevoegen van extra verticale dilataties dient altijd in overleg met de afdeling werkvoorbereiding te gebeuren. 
  6. De eerste rij spouwankers in de eerste of tweede lintvoeg boven het hoeklijn aanbrengen (zie afb. A+B). 
  7. Bij consoles met losse bovenplaat t.b.v. beton- of kanaalplaat vloer, deze koud op de ruwe vloer monteren. De lip tegen de vloerrand zetten. De onderzijde uitvullen met krimparme mortel, zodat het slobgat vrij blijft. Later de console aan deze beugels monteren. Zie punt 4. Losse bovenplaten plaatsen op de h.o.h. afstanden, die in het boekje zijn uitgewerkt. 
  8. Over de totale lengte van de geveldrager, tussen onderflens hoeklijn en de click– brick, glijfolie van 0,5 mm dik aanbrengen tussen (zie afb. A+B). 
  9. Zie voor de montage van het gevelsysteem en de hierbij behorende spouwankers de verwerkingsvoorschriften van Daas Click Brick.

Afb. A Steen met neus op geveldrager

Dikte hoeklijn
5, 6 of 8 mm

Hoeklijn breedte
t=5, 6,en 8 b=85 mm

Latei hoogte en dikte
Afhankelijk van berekening

Glij-folie op hoeklijn
70 x 0.5mm

Afb. B Geveldragers t.p.v. horizontale dilatatie

LOG IN

Om deze content te kunnen zien heeft u een account nodig om in te loggen.


Nog geen account? Maak hier een account aan.